De hele zaterdag heb ik voor Pampus gelegen. Alleen lag mijn Pampus niet in het water maar was gewoon in mijn huis. Was ik niet in bed, dan wel op de bank. Was ik niet op de bank, dan wel in bed. Balen, slapen, hangen, verdrietig, moe, piekeren, peinzen, muziek zoeken en luisteren, computeren. Maar vooral slapen en lamlendig moe zijn.
Alles waar ik de afgelopen week geen tijd voor heb gehad, kwam zaterdag over mij heen rollen. Ken je dat gevoel wat je krijgt als je op een lopende band staat zoals die van een luchthaven? Dat je zelf hooguit de controle hebt over de paar stappen die je zet? Terugkijkend bedenk ik mij dat ik me de afgelopen week overwegend zo heb gevoeld: dat ik geen controle kon uitoefenen op de gang van zaken, hooguit op de sfeer waarin een en ander plaatsvond.
Ik stond op de lopende band die bestralingsbehandeling heet en ik kon eigenlijk maar één kant op; onverbiddelijk vooruit. Omkeren ging niet meer, stoppen ook niet. En dus heb ik geprobeerd om alles met een laagje (galgen)humor en (zelf)spot te overgieten. Om te lachen waar er niets te lachen viel. Om te relativeren waar er weinig te relativeren was.
's Avonds in bed kon ik nog wel eens overvallen worden door een enkel momentje van wanhoop of een ander zwaarmoedige of heftige emotie, meestal was ik daar domweg te moe voor.
Maar vrijdagavond leek er opeens tijd te zijn voor de zwaardere en verdrietige emoties. Zodra mijn gevoel er lucht van kreeg dat er twee hele dagen lang tijd voor zou zijn, heeft het zich laten gelden. En ik? Ik heb het gewoon over me heen laten komen, zoals de golven van de zee je overspoelen zolang je in de branding blijft staan.
Met het ontstaan van enige tijd, is er ook ruimte voor ontstaan. En het was goed zo. Even een beetje zwelgen in plaats van sterk te zijn. Even niet meer willen beïnvloeden en proberen tegen het tempo en de richting van de loopband in te gaan. Even niet doen, maar voelen. Even mijn emoties toestaan om er te zijn. Er naar te kijken, ze te zien en me er bewust van te worden.
Natuurlijk heb ik gedurende de afgelopen week ook de nodige emoties doorstaan, maar slechts als in een vlaag. Als een zuchtje wind heb ik ze gevoeld en herkend maar een oververmoeid lijf en dito geest kan niet de volheid van de gevoelens ervaren. Bovendien waren de meesten simpelweg te zwaar om toe te kunnen laten. Daarentegen was er wel ruimte voor de meer dagelijkse emoties, zoals irritatie en ongeduld of juist berusting en gelatenheid. De echte zware jongens lieten hun gezicht pas gedurende het weekend zien.
Ik vermoed dat het zo zal blijven gaan de komende weken: onvoldoende tijd om door de week de zware jongens onder de emoties de doorvoelen en er te moe voor zijn. En in de weekeinden het moede lijf tot rust laten komen en daarmee de verdoofde geest uit de staat van verdoving te laten treden.
Ben ik nu uitgerust? Nee, natuurlijk niet. De vermoeidheid van de afgelopen week is van een te zwaar kaliber om in twee dagen tijd kwijt te raken.
Ben ik opnieuw gewapend tegen de nieuwe week? Nee, natuurlijk niet. Want met elke dag die verstrijkt, zal het alleen nog maar zwaarder worden - denk ik.
Ben ik tot nieuwe inzichten gekomen? Misschien een heel klein beetje. Ik heb in ieder geval geleerd dat een mens meer aan kan dan dat hij zelf van tevoren denkt. Ik heb geleerd dat ik over onvermoede krachten beschik - net zoals zoveel anderen die ook kanker hebben. Ik heb geleerd dat mijn naasten zich toch sneller aan deze situatie kunnen aanpassen als ik had gedacht. Ik heb geleerd dat huisdieren meer aanvoelen dan je zou denken (en ik dacht er al heel veel van!).
Ik heb geleerd om niet teveel vooruit te kijken maar vooral heb ik de ware betekenis van deze uitdrukking geleerd.
En ik heb ontdekt dat ik niet alleen van heel veel mensen houd, maar zij ook van mij. Wat een ongelooflijk rijk gevoel is dat!
De zondag heb ik gebruikt om wat visite te ontvangen, nog een beetje uit te rusten en alle bovenstaande gedachten onbewust hun plekje te laten vinden. Daarmee heb ik me toch weer een klein beetje opgeladen voor de nieuwe week. Of ik er echt tegen bestand zal zijn, moet nog blijken. Maar de menselijke geest is tot heel veel dingen in staat, zo ook de mens die de geest bestuurt - ongetwijfeld zal die combinatie mij dus ook weer door de komende week weten te loodsen.
meisje meisje toch............ik wou echt dat ik je kon helpen!
BeantwoordenVerwijderenliefs van Nel